Pistool of revolver?
Of men kiest voor een pistool of een revolver voor de jacht afschot is in de eerste plaats een kwestie van smaak. Uit revolvers kunnen sterkere kalibers worden afgevuurd, wat bij het afschot op groot wild voordelig is.
De veilige beheersing van handvuurwapens
Voordat men besluit een handvuurwapen aan te schaffen, is het essentieel om de correcte bediening ervan te begrijpen en juridische aspecten in overweging te nemen. Seminars die zich richten op zowel beginners als ervaren schutters zijn onmisbaar om de benodigde kennis en vaardigheden te verwerven. De door GEARTESTER aangeboden Masterclass Handvuurwapen, geleid door de erkende specialisten van Greyground, vormt een uitstekende onderwijsbron op dit gebied.
Ontdek nu de Masterclass en word een meester-schutter met het handvuurwapen.
De populairste revolverkalibers voor de afschot zijn .357 Magnum of .44 Magnum. Deze kalibers bieden goede reserves en tonen ook bij sterker wild een goede werking. Het nadeel van een revolver in vergelijking met een pistool ligt in de lagere cadans (dus het schiettempo), het vaak hogere gewicht en de lagere trommelcapaciteit, die meestal 5, 6 of 7 schoten bedraagt.
Zelfladende pistolen zijn momenteel in talrijke varianten op de markt. Tot de populairste fabrikanten behoren onder andere CZ, Glock, Heckler & Koch en Sig Sauer. Moderne pistolen worden voor een groot deel uit polymeer vervaardigd en zijn daardoor aanzienlijk lichter dan revolvers, die behalve de gripplaten meestal volledig uit metaal zijn gemaakt. Pistolen hebben doorgaans een veel hogere magazijncapaciteit en ook de schietfrequentie van een pistool ligt hoger dan die van een revolver. Echter, de techniek van een pistool is ingewikkelder en daardoor ook gevoeliger voor fouten. Dit geldt ook voor de veiligheid; het risico dat er per ongeluk een schot uit een revolver wordt gelost, is bijna nihil, vooral bij modellen met een single-action trekker.
Een van de populairste compromissen voor een pistoolkaliber dat voor jachtgebruik kan worden ingezet, is de .40 S&W. Het is als het ware het middenstuk tussen de 9mm Luger en de .45 Auto. De .40 S&W heeft een hogere E0 dan de 9mm Luger en ook een hogere V0 dan de .45 Auto.
Een belangrijke factor bij handvuurwapens is de looplengte. Hoe korter de loop, hoe korter de tijd waarin de poeder gassen op het projectiel inwerken en het kunnen versnellen. Om daarom zoveel mogelijk energie op het projectiel over te brengen, moet de loop zo lang mogelijk zijn. Om de wapen handelbaar te maken, moet de loop echter weer zo kort mogelijk zijn.
In de regel worden de energie- en snelheidwaarden voor handvuurwapenmunitie, die op de munitieverpakking zijn aangegeven, bepaald uit 5“ (12,7 cm) of 6“ (15,2 cm) lopen. Veel jagers en sportschutters hebben echter de neiging om de invloed van de looplengte op de projectielenergie te overschatten.
Voor de afschot geven de meeste jagers de voorkeur aan holle puntprojectielen. Deze reageren echter zeer snel, bij sterk wild is de dieptewerking daardoor gering, waardoor ze voornamelijk geschikt zijn voor klein wild. Voor sterk wild moeten deelmantelprojectielen worden gebruikt.
Wie jacht met een handvuurwapen, moet regelmatig oefenen met dit wapen, ongeacht of de keuze op een revolver of een pistool is gevallen. Door de open vizier is het aanzienlijk moeilijker dan bij een geweer om een nauwkeurig schot te lossen. Voor de keuze van de schietbaan is het echter cruciaal dat deze is goedgekeurd voor handvuurwapens.
Wie een handvuurwapen wil kopen, kan online het beste terecht bij de platforms eGun, Auctronia of de wapenmarkt van de VDB voor advies.
Meer spannende rapporten
Spannende, interessante en informatieve rapporten over het onderwerp drijfjacht vind je ook bij onze premiumpartner, het jachtmagazine Jagdzeit., bijvoorbeeld in het artikel “FANGSCHUSSWAFFE – … en ze draait toch!”