Waarom een jachthond aanschaffen?
“Jacht zonder hond is rommel”
→ Deze zin heeft elke jager wel eens gehoord - tenminste in de jachtopleiding, bij de behandeling van het onderwerp jachthonden. Ook op de jachtvelden bij groepsjachten wordt deze uitspraak vaak geciteerd. En terecht!
De jachthond is niet alleen een trouwe metgezel en bovendien het mooiste jachtaccessoire, nee, hij is het belangrijkste en beste jachtgereedschap dat een jager kan hebben. In alle mogelijke jachtsituaties helpt de jachthond zijn geleider namelijk uit de problemen!
De meesten zullen hier in eerste instantie denken aan het naspeuren. Maar ook buiten dit vervullen onze viervoetige metgezellen allerlei taken die voor ons te ongemakkelijk, complex of bijna onmogelijk lijken te zijn. Zo zijn andere taken van de jachthond het zoeken (bij drijfjachten), apporteren, burcht jacht, dwarszoeken en voorstaan en nog veel meer. Tegenwoordig worden jachthonden zelfs opgeleid als kadaver speurhonden in het kader van de bestrijding van de Afrikaanse varkenspest en zoeken en vinden ze wild dat is gevallen.
Welke ras als jachthond?
Wat betreft de keuze van het juiste jachthondenras, moeten vooral twee aspecten als beslissingsgrondslag dienen:
1. Primair uitgeoefende jachtsoort(en):
Als men een jachthond aanschaft, moet men letten op voor welke jachtelijke doeleinden het ras is gefokt. Het is belangrijk dat de hond past bij de jachtsoort die men voornamelijk uitoefent, of dat hij op basis van zijn ras in staat is de taken te vervullen waarvoor men hem wil inzetten. Met een Weimaraner kan men bijvoorbeeld geen bouwjacht uitoefenen en Labrador Retrievers zijn over het algemeen niet de eerste keuze als men een hond nodig heeft voor het spoorwerk.
Men moet zich dus van tevoren de vragen stellen welke hondentaken men vooral nodig heeft en waarvoor men zijn hond wil inzetten. Laatstgenoemde is ook vaak afhankelijk van de omstandigheden van het jachtgebied.
2. persoonlijke voorkeur / passend bij de levensomstandigheden
Als men zich over het 1e punt voldoende gedachten heeft gemaakt en nu weet welke soort jachthond het moet worden, is het voor de exacte selectie van het ras vooral belangrijk dat men het zelf aantrekkelijk vindt. Dit betreft niet alleen de uitstraling, maar ook het rastypische gedrag. Zo zijn er bijvoorbeeld binnen de groep van de loop- en brakkenrassen, rassen die als zeer wildscherp en energiek worden beschouwd, maar ook rassen die als rustig en geschikt als gezinsgezelschapsdier worden gezien.
Belangrijk is natuurlijk ook dat de hond bij de levensomstandigheden past. Een grote hond heeft doorgaans meer ruimte en beweging nodig dan een kleine hond, enzovoort. Hier gelden echter in principe dezelfde regels die bij de aanschaf van elk dier in overweging moeten worden genomen!
Tien populaire jachthondrassen
Jullie willen een viervoetige jachtgenoot aanschaffen, maar hebben nog niet voor een ras gekozen en willen eerst een algemeen overzicht krijgen?
Hieronder stellen we jullie tien in Duitsland populaire jachthondrassen voor:
Beagle
De Beagle is een oorspronkelijk uit Groot-Brittannië afkomstige hond, die in zijn wezen en karakter duidelijk door zijn fokgeschiedenis is beïnvloed. Hij oriënteert zich naar de dynamiek van zijn roedel en past zich graag aan de eigenaardigheden daarvan aan. Deze uitgesproken sociale component maakt de Beagle tot een populaire jacht- en gezinsgenoot. De Beagle is een kindvriendelijk hondenras, vrolijk en altijd speels. Hij onderhoudt een harmonieuze en zachte omgang met zijn omgeving. Desondanks is hij zeer waakzaam en meldt ongebruikelijke zaken onvermoeibaar aan zijn roedel.

Golden Retriever / Labrador Retriever

Kleine / Grote Münsterländer:
Ook al stammen ze uit twee verschillende stamboeken, er zijn bepaalde overeenkomsten tussen de twee rassen, waarvan de belangrijkste fokregio de naamgever is. Beide behoren tot de staande honden en zijn primair gefokt voor de jacht op klein wild. Beide kunnen echter ook goed worden opgeleid als zoekhonden - vooral voor drijfjachten. Ook de uiterlijke verschijning is niet ongewoon. Beide rassen hebben middellang tot lang haar. De grote Münsterländer is echter, zoals de naam al doet vermoeden, lichamelijk superieur aan zijn kleine tegenhanger.
De Kleine Münsterländer is gefokt op lichaamsbouw en karakter, zodat hij zich nog iets beter in het dagelijkse gezinsleven kan integreren en is iets meer een gezelschapshond voor gezinnen dan zijn grote tegenhanger, die daarentegen als wildschärfer wordt beschouwd.
Duitse Jachtterriër:
De Duitse Jachtterriër behoort tot de speur- en grondhonden en wordt vooral ingezet bij de jacht op vossen en wilde zwijnen. Hij is ontstaan in de jaren 1920 uit kruisingen van verschillende terrierrassen met als doel een robuuste, moedige en spoorluide jachthond te fokken. Hij is veelzijdig inzetbaar en kenmerkt zich door zijn goede neus; bovendien vertoont hij een onverstoorbaar gedrag en een zeer goede wildschärfe. De Duitse Jachtterriër houdt van water en is ook geschikt voor gebruik bij de spoorjacht. Vanwege zijn onstuimige karakter is hij echter alleen geschikt voor ervaren hondenbezitters die hem op een diervriendelijke manier kunnen houden en opvoeden. Dit komt vooral doordat terriers hun eigen wil hebben en vaak proberen deze koppig door te zetten.
Duitse Bracke:
Onder de benaming Duitse Bracke werden rond 1900 verschillende Duitse Brackenrassen samengevoegd. Oorspronkelijk werden Bracken aangeduid als de puur jagende honden, die lange tijd vooral werden ingezet bij de vos- en hazenjacht. Aangezien deze vorm van jagen door wettelijke regelingen aan betekenis heeft verloren, dient de Duitse Bracke tegenwoordig voornamelijk als bloedhond en als speurhond bij de jacht op grootwild. Ze kenmerkt zich door haar hoge uithoudingsvermogen, wilskracht en loopvermogen. Bracken zijn over het algemeen gemakkelijk op te leiden, maar hebben een hoge mate van rasgebonden bezigheid en beweging nodig en zijn daarom alleen geschikt voor betrokken jagers die deze honden een taak geven.
Duitse Draadhaar
De Duitse Draadhaar is een klassieke staande hond. Hij ontstond aan het einde van de 19e eeuw uit kruisingen van verschillende jachthondrassen, waarvan de goede jachteigenschappen zijn eerste fokker, Sigismund Freiherr von Zedlitz und Neukirch, in één enkele ras wilde verenigen. De Duitse Draadhaar is veelzijdig inzetbaar en geschikt voor het staande werk in bos, veld en water en kan ook worden gebruikt voor het apporteren. Hij is krachtig en evenwichtig, maar heeft een hoge mate van lichamelijk en geestelijk werk nodig.
Duitse Korthaar
Net als de Duitse Draadhaar is de Duitse Korthaar een staande hond. In de 19e eeuw werd het "oude" en eerder logge type van dit ras door het kruisen met Engelse pointers en andere staande honden veranderd in de hond zoals we die vandaag de dag kennen. In 1879 werden de eerste rasstandaarden vastgesteld. Hoewel hij volgens de FCI als staande hond wordt geclassificeerd, kan hij in alle jachtgebieden en op elk terrein worden ingezet. Hij wordt, net als zijn draadhaarige tegenhanger, beschouwd als een jachtveilige allrounder, aangezien hij alleen voor de burchjacht definitief ongeschikt is.
Bayerische Bergwacht hond
De Bayerische Bergwacht hond is een gemakkelijk te leiden en onverschrokken hond, met een duidelijk ontwikkelde jachtinstinct. Om deze reden worden puppy's van de "Klub voor Bayerische Bergwacht honden" uitsluitend aan jagers gegeven die als bloedhondenleiders werkzaam zijn. Deze aanpak is aan te raden bij de Bayerische Bergwacht hond, omdat hij binnen het gezin wel degelijk attent en rustig is, maar dit alleen als hij eerder bij de jacht heeft mogen werken. Om deze reden is hij voornamelijk in landelijke gebieden te vinden en is hij op geen enkele manier geschikt als stads- of appartementshond. In de bergen onderscheidt hij zich als een behendige klimmer en toont hij zich bij het bloedspoorwerk als een betrouwbare zoeker.
Weimaraner
De Weimaraner is een bijzonder edele, intelligente en zelfverzekerde jachthond met een uitgesproken scherpte voor wild. Dit betekent dat hij wild op commando opspoort en doodt. Tegenover vreemden zijn de honden wantrouwig en hebben ze enige tijd nodig om aan nieuwe mensen te wennen. De beschermingsdrang is zeer sterk ontwikkeld en de zelfbewuste hond aarzelt geen seconde om zijn familie of zijn territorium te verdedigen. Toch heeft hij geen overmatig temperament.

Slovensky Kopov / Kopov-Bracke
De Kopov-Bracke is een zogenaamde zwijnenhond. Hij komt uit de berggebieden van Slowakije en werd daar gebruikt voor de jacht en als waakhond voor boerderij en huis. De grote vaardigheid bij de jacht op zwijn- en roofwild maakte de honden tot populaire helpers. Hij staat bekend als een ruime en zeer solide speurhond met een uitgesproken scherpte voor zwijn.
Dackel
Tot slot de waarschijnlijk populairste hond van de Duitsers: de Dackel! Historisch gezien werd de jachtteckel als een echte jachthond gefokt. Tegenwoordig behoort hij echter ook tot de populairste gezelschapshonden van het land. Voor jagers is de teckel, die van de brakken afstamt, in veel opzichten de perfecte jachtpartner. Al in de tijd van de Kelten werd de zogenaamde Keltenbracke ingezet en archeologen hebben bij deze hond op basis van vondsten al lage benen kunnen aantonen. De kleinheid leidt vaak tot de veronderstelling dat de dackel geen jachthond zou kunnen zijn, maar juist hier liggen zijn uitgesproken eigenschappen als jachthond.
