Het volmantelprojectiel is een projectiel waarbij de projectielmantel aan de voorkant naar de punt toe gesloten is. De mantel van koper, tombak of ijzer omringt een hard loodkern. Volmantelprojectielen zijn massa- en vormvast, wat betekent dat ze zich noch in het doel vervormen, noch uiteenvallen. Ze dringen ofwel het doel binnen of blijven erin steken - zonder de vorm te veranderen of te splinteren. Ze worden doorgaans militair gebruikt, bij sportief schieten of bij de jacht op roofwild.
Bij het jachtgebruik ligt het voordeel van een volmantelprojectiel in tegenstelling tot een deelontlediging- of vervormingsprojectiel in het feit dat de uitschot meestal slechts onbeduidend groter is dan de inschot. De huid van een stuk roofwild wordt daardoor minder belast dan wanneer de laborering van het projectiel voor een groter uitschot zou zorgen. Het nadeel van een volmantelprojectiel is dat er in het wildlichaam slechts een geringe vernietigingswerking zou worden ontwikkeld. Als men schalenwild met volmantelprojectielen zou beschieten, moet men rekening houden met grote vluchtafstanden.